Draft pagina, in ontwerp
Er zijn vele mythes rond de intensieve landbouw. Bedacht door de intensieve landbouw lobby die er belang bij heeft het publiek te misleiden. Maar kritische burgers willen nu wel eens weten hoe het echt zit. Op deze pagina een aantal mythes weerlegd.
Elk stelling kan afzonderlijk worden gebruikt in de sociale media
1. Veehouderij, krimp veestapel
- Mythe1: de intensieve veehouderij is nodig voor onze voedselzekerheid
Als de veehouderij krimpt moeten we meer vlees importeren, dat minder duurzaam/ diervriendelijk is geproduceerd.
In werkelijkheid
NL importeert sowieso al veel vlees. Bovendien wordt 80% van het vlees dat hier geproduceerd wordt geëxporteerd, dus bij halvering raken de winkelschappen echt niet leger.
Lees meer
- Referentie1
- Referentie2
Zie ook de andere mythen uit de serie Mythen over de Intensieve Landbouw.
Mythe 1.2
Als de veehouderij in NL krimpt, komen er in het buitenland meer dieren bij, die meer emissies veroorzaken. Dus negatief effect voor het mondiale klimaat.
Mythe 1.3
Varkens zijn nodig om organische afvalstromen duurzaam te verwerken.
Lees meer
Mythe 1.4
Vlees is onmisbaar in een gezond voedingspatroon.
Lees Meer
2. Mestfabrieken, mest en mestfraude
Mythe 2.1 Mestfraude gebeurt slechts incidenteel.
Mythe 2.2 We krijgen een mesttekort als de veehouderij krimpt.
Mythe 2.3 Mestfabrieken zijn een oplossing voor het mestoverschot.
Mythe 2.4 “Groen gas”uit de mewstvergisters is nodig om onafhankelijk te zijn van buitenlands gas.
Mythe 2.5 Mestfabrieken zijn een belangrijke schakel in duurzame kringlooplandbouw.
3. Stikstof en klimaatbeleid
Mythe 3.1 Nederland wil het beste jongetje van de klas zijn in de EU
De varkenshouderij heeft al 60% stikstof gereduceerd dus nu zijn anderen aan zet.
Mythe 3.2 De boeren krijgen onterecht de schuld van het stikstofprobleem.
Mythe 3.3 Nederland is zo klein dat krimp vd veehouderij mondiaal geen klimaateffect heeft.
Mythe 3.4 Er slaat veel stikstof vanuit industriegebieden in het buitenland hier neer. Dat moet je meetellen.
Mythe 4.4 Stikstofuitstoot komt vooral door de melkveehouderij. De varkenshouderij draagt er maar weinig aan bij.
4. Dierwelzijn
Mythe 4.1 De kritiek op intensieve veehouderij komt door een gebrek aan kennis bij de burger over hoe het eraan toe gaat bij veehouders.
Mythe 4.2 Het is juist goed om kalfjes heel vroeg bij de moeder weg te halen, want…
Mythe 4.3 Het is juist goed als zeugen tussen stalen beugels liggen, want anders lopen biggen de kans geplet te worden.
5. Diverse
Mythe 5.1 De veehouderij is de motor van de economie in de buitengebieden
Mythe 5.2 Boeren zijn de beste beheerders van het landschap.
Mythe 5.3 Milieuclubs hebben een sterke lobby in Den Haag.
Mythe 5.4 Zoönosen ontstaan alleen in stallen met vrije uitloop door contact met wilde zwijnen of watervogels.
Mythe 5.5 Het zijn altijd mensen uit de stad die op het platteland zijn gaan wonen die klagen over stank.
Mythe 5.6 De subsidie van de nederlandse boeren maakt de sector duurzaam
Mythe 5.7 In veevoer zit vooral sojaschroot. De meeste soja is voor menselijke consumptie (en sojamelk en vegaburgers).